Zo vijl je een zaagketting
Kies eerst de juiste ronde vijl voor jouw ketting. De diameter hangt af van de kettingsteek; op de dieptebegrenzer staat een cijfer dat correspondeert met de aanbevolen vijldiameter.
Maak je werkplek veilig, reinig de ketting en controleer op beschadigingen. Span de ketting licht bij en markeer een richttand met een stift. Vijl van binnen naar buiten en laat ongeveer een kwart van de vijldiameter boven het tanddak uitsteken. Vijl tot er een scherp snijvlak zonder lichtweerkaatsing ontstaat, werk alle tanden van één zijde op gelijke lengte, draai de zaag om en herhaal voor de andere zijde.
Na het tanden vijlen controleer je de dieptebegrenzers. Gebruik een vijlkaliber en platte vijl om uitstekende begrenzers terug te zetten; te lage begrenzers vergroten de terugslagneiging. Zonder kaliber kan het, maar dat is foutgevoeliger; STIHL raadt daarom het kaliber aan.
Tot slot: vaker kort bijvijlen werkt beter dan wachten tot de ketting helemaal bot is, en vijlhulpen maken het aanhouden van hoeken eenvoudiger. Wil je tanden en dieptebegrenzer in één keer aanpakken, dan kan dat met de STIHL 2-in-1 vijlhouder.